Creobroter pictipennis

Creobroter pictipennis is een van bloembidsprinkhanen, net als de Pseudocreobotra soorten. In de VS wordt dit soort Indian Flower Mantis genoemd. Creobroter gemmatus is een soort dat op alle punten lijkt op Creobroter pictipennis, alleen het patroon op de vleugels is anders. Voor de verzorging van Creobroter gemmatus kan je dus ook deze caresheet gebruiken.

Van nature komen Creobroter-soorten voor in Azië.

Uiterlijk

Dit soort bidsprinkhaan is een crème-achtig wit op de onderzijde, met groen-bruine vlekken op de rug en groen- of bruingestreepte poten. Bij de volwassen dieren zijn de vleugels groen, met een opvallende geel-witte oogvlek omlijnt met bruin.
De vrouwtjes worden ongeveer 4 cm lang, de mannetjes met 3 cm blijven iets kleiner. De mannetjes zijn smaller met iets langere vleugels. De vrouwtjes zijn breder, met vleugels die tot net voor het achterlijf ophouden.

Gedrag

Creobroter pictipennis is een matig actief soort bidsprinkhaan. Ze jaagt actief achter haar prooi aan als ze hem eenmaal in de gaten heeft, maar als er geen prooi in de buurt is kan ze zo dagen op dezelfde plek blijven. De volwassen dieren zullen erg vaak wegrennen als ze zich bedreigd voelen, het mannetje kan dan ook gaan vliegen. Ze zijn heel vlug. Ze kunnen echter ook heel spectaculiar dreigen met hun vleugels en kleuren, door hun vleugels rechtop te zetten en hun armen te spreiden. Hierdoor lijken de vlekken op de rug net ogen. Een vogel die deze bidsprinkhaan op had willen eten denkt nu misschien opeens dat er een kat zit!

Omgevingseisen

De ideale temperatuur is ongeveer 25 °C, maar tussen de 23 en 30 °C voelt hij zich goed. ’s Nachts mag het iets koeler zijn dan overdag, maar minimaal 18 °C.
Dit soort heeft het verblijf liever wat vochtig, een RV van ongeveer 60 – 80 % voldoet. Wij raden aan daarom zo’n 4x per week te sproeien, maar dit hangt af van de ventilatie van het verblijf.
Zoals bij alle soorten bidsprinkhanen, heeft dit soort een verblijf nodig die minstens 3x de lengte van het dier hoog is, en minstens 2x de lengte van het dier breed. Voor een volwassen dier betekend dit dus minstens 12 cm in de hoogte en 8 cm in de breedte. Een mooie maat voor een terrarium zou 15 x10 x 10 cm (h x l x b) zijn, zodat er ook plaats is voor nepplanten en veel zitstokjes.

Groepshuisvesting

Omdat Creoboter pictipennis net als alle bidsprinkhanen een roofdier is, raadt bidsprinkhanen.nl het af hen samen te huisvesten. Vroeg of laat zal toch een de klos worden en opgegeten worden. Hoe ouder het dier is, hoe meer kans op kannibalisme. Nimfjes kunnen zonder veel problemen tot ongeveer L4 samen gehouden worden, bij constant voeren.

Voortplanting

De vrouwtjes van dit soort zijn groter en breder dan de mannetjes. Vanaf ongeveer L4 kan met een goed oog gezien worden hoeveel segmenten de dieren aan het achterlijf hebben. Vrouwtjes hebben er 6, terwijl mannetjes er 8 hebben. Deze geslachtsbepalingsmethode is al in een vroeg nimfenstadium te gebruiken, maar kan soms lastig zijn voor het ongeoefende oog. In latere stadia valt op te merken dat de mannetjes smaller blijven.
Als ze volwassen zijn, is aan de lengte van de vleugels te zien of het een mannetje of vrouwtje is. Een vrouwtje heeft vleugels tot bijna het einde van het achterlijf, terwijl de man ze een stukje over het achterlijf uit heeft steken.
Ongeveer 2 tot 4 weken na de laatste vervelling kan een paringspoging worden ondernomen. Zorg ervoor dat het vrouwtje erg goed gegeten heeft voordat je het mannetje erbij zet. Het is aan te raden om het vrouwtje wat te eten te geven als je het mannetje erbij zet. Zo is zij druk bezig met haar prooi als het mannetje haar benaderd. Probeer hen zo min mogelijk te storen. De paring kan een paar uur duren, naderhand moet het mannetje uit het verblijf verwijderd worden, wil hij blijven leven.
De eipakketten moeten op dezelfde manier gehouden worden als de bidsprinkhanen zelf. Pas op voor schimmel, dit ontstaat bij een te vochtige omgeving.

Schuiven naar boven